Beste Marieke,
Beste Anton,
Beste Jan,
Beste Tom,
Beste Zeno,
Nog maar pas ontdekte ik uw nieuwste album. Uw debuutalbum. Heel waarschijnlijk zou u kunnen opmerken dat uw nieuwste album toch niet meer zo nieuw is. Het werd uitgebracht in oktober van vorig jaar. Dat is nu al meer dan één jaar geleden. Uw opmerking zou terecht zijn. Toch ontdekte ik uw album pas onlangs. Het kwam tot mij via een berichtje op Facebook. Een berichtje van Kapel Petit. In dat berichtje werd een concert aangekondigd van Het Onderspit. Ik kende u niet. Omdat ik bevreesd ben voor gaten in mijn cultuur, ging ik op onderzoek uit. Dat onderzoek bracht mij tot uw nieuwste album. Tot uw debuutalbum. Dat onderzoek bracht mij tot schoonheid. Jawel, zo is het.
Sinds die ontdekking keer ik regelmatig terug naar Tussen nog nie en nie meer. Elke keer weer word ik geroerd. Elke keer weer geraak ik ontroerd. Ik verkondig vaak dat ik een muziekliefhebber ben. Waarbij ik er telkens aan toevoeg dat ik mij niet zozeer laat verleiden door de teksten. Het is de sfeer die mij verleidt. De sfeer, die de muziek uitademt, doet mij besluiten of ik zal spreken van goede of minder goede muziek. Bij u is die sfeer optimaal. Het is een zekere melancholie die in de nummers sluipt. Ik moet bekennen, ik durf mij al eens te wentelen in melancholie. Uw album geeft mij daartoe ruimschoots de gelegenheid. Het is geen melancholie die mij tot neerslachtigheid zal brengen. Het is geen melancholie dat mij tot depressiviteit zal voeren. Heel waarschijnlijk is dat omdat u die melancholie weet te koppelen aan een zekere warmte. Hoe melancholie en warmte kunnen samengaan, weet ik niet. Wat ik wel weet, is dat u daar wonderwel in slaagt.
Die koppeling van melancholie aan warmte is niet het enige waarin u slaagt. Want u bewerkstelligt nog een tweede wonder. U doet datgene waar anderen nooit eerder in geslaagd zijn. U doet mij luisteren naar de teksten. Dat gebeurt bijna automatisch. Omdat ik wil begrijpen vanwaar die melancholie komt. Om dat te kunnen begrijpen, moet ik luisteren. Luisteren naar wat u te vertellen hebt. Zo pik de verhalen op, die u mij vertelt. Ik vat een liefde op voor de personages, die in uw liedjes de revue passeren. Ik meen dezelfde liefde te voelen die u voelt voor de door u gecreëerde personages. Als ik dat besef, ga ik begrijpen waarom uit die muziek ook een warmte spreekt. Ik ga begrijpen waarom melancholie toch aan warmte kan gekoppeld worden.
Net geen eenenveertig minuten verblijf ik in uw wereld. In de wereld van Het Onderspit. Het is alsof ik de bus opstap en u mij doorheen een fictief dorp voert. Waarbij u mij laat kennismaken met enkele van zijn bewoners. Niet enkel laat u mij kennismaken. Neen, u doet meer. Ven elk van de door u gekozen bewoners vertelt u het korte levensverhaal. Het levensverhaal gebundeld in bondigheid. Terwijl ik luister, voelt het alsof ik hen in de ogen kijk. Het voelt alsof ik hen toeknik en hen toefluister dat ik hen begrijp. Het voelt alsof ik hen wil zeggen dat het wel goed zal komen. Want uiteindelijk komt alles goed. Zo is het mij gezegd. Als wijze raad aan een nog kleine jongen.
Uw muziek heeft alle mogelijke obstakels gesloopt. U hoefde niet op zoek te gaan naar mogelijke omwegen. U hoefde niet te kiezen voor kleine wegeltjes. Dat alles hoefde u niet te doen. U koos voor de rechte weg. Want de rechte weg is de kortste weg. Dat weet u. U komt via de kortste weg naar mijn hart. Op die plek neem ik de warmte in mij op om het dan te laten uitlopen doorheen mijn lijf. Van kop tot teen. Alles wordt warm. Alles gaat gloeien. Ik geef mij over. Ik leg mij neer en luister. Naar de muziek. Naar de woorden. Waarbij ik telkens besluit: dit is goed, dit is godverdomme goed. Die vloek dient u niet te interpreteren als godslastering maar eerder als een versterking van het daarop volgende woord.
Beste Marieke. Beste Anton. Beste Jan. Beste Tom. Beste Zeno. Ik durf niet te bedenken wat er zou gebeurd zijn als ik dat ene berichtje van Kapel Petit niet had gezien. Heel waarschijnlijk was u dan aan mij voorbijgegaan. Heel waarschijnlijk had ik u nooit leren kennen. Dat zou doodzonde geweest zijn. Want door dat ene berichtje kwam ik tot een fantastische band. Kwam ik tot heerlijke muziek. Sociale media worden vaak (terecht) verguisd. Maar heel soms gebeuren mooie dingen op sociale media. Zoals nu. Ik leerde u kennen. Ik leerde uw muziek kennen. Dat enkele, kleine feit maakt mij blij. Maakt mij heel blij. Daarom wil ik u van ganser harte danken. Dank dus. Dank. Dank. Dank.
Met vriendelijke groeten.
Reactie plaatsen
Reacties