Beste Ido,
Beste Kees,
Beste Koen,
Beste Tim,
Beste Wolf,
Als mij gevraagd zou worden Nederland op een wereldkaart aan te duiden, zou mij dat best wel lukken. Uiteraard. Moeilijker zou het worden als mij zou gevraagd worden muzikaal Nederland te situeren. Dan zou ik het heel wat moeilijker hebben. Wat er muzikaal reilt en zeilt in Nederland, ben ik al een tijdje kwijt. Net geen tien jaar terug had ik nog een rechtstreekse verbinding met rockend Nederland. Jarenlang volgde ik The Scene. Zij brachten mij in contact met andere Nederlandse bands. Tröckener Kecks. De Dijk. Rowwen Hèze. Met het overlijden van Thé Lau werd alle contact verbroken. Weg was die rechtstreekse verbinding. Rockend Nederland werd een blinde vlek voor mij. U zou hierin luiheid kunnen lezen. Dat zou best wel kunnen. Ik raakte de grens niet over omdat in eigen land zo veel gebeurde op muzikaal vlak. Enkel en alleen die binnenlandse bewegingen opvolgen, was een hele klus. Luiheid dus? Jawel, een heel klein beetje.
Begin dit jaar las ik een artikel in De Standaard. In dat artikel werden een aantal interessante bands opgelijst voor het nieuwe jaar. Beloftevolle bands, zo werden zij genoemd in datzelfde artikel. Daarin werd ook u genoemd. Tot mijn grote verrassing kwam u uit Nederland. Mijn hart maakte een sprongetje. Ik ging mij afvragen of mijn rechtstreekse verbinding zou kunnen hersteld worden. Want dat zou ik fijn vinden. Om die vraag te kunnen beantwoorden, moest ik op onderzoek. Een luistersessie zou mij een antwoord kunnen bieden. Ik ging luisteren.
Een kennismaking vraagt meestal meerdere luisterbeurten. Liefde op het eerste gehoor is bijna onbestaande. Die liefde moet groeien. Die liefde moet gevoed worden. Maar heel soms zijn er die uitzonderingen. U bent één van die uitzonderingen. Ik werd op slag verliefd. Eén luisterbeurt volstond. Meer had ik niet nodig. Ik mocht mijn onderzoek afronden. Solomon zou mijn nieuwe rechtstreekse verbinding worden. U had Nederland opnieuw op mijn kaart gezet. Mijn muzikale kaart. Met enorm veel plezier stak ik opnieuw de grens met Nederland over.
Die plotseling coup de foudre mocht niet verbazen. Want uw muziek draagt in zich een aantal elementen die mij meteen deden zwichten. Toen ik u de eerste maal hoorde, moest ik toch even controleren of ik wel degelijk naar Solomon luisterde. Want uw stem neigt nogal naar Tom Smith, de frontman van Editors. Ik zat niet fout. Het was uw stem. Uw stem die misschien wel het mooiste instrument van de band is. Uw stem die misschien wel de grootste troefkaart van de band is. Want uw stem kan niemand ongevoelig laten. Elke luisteraar moet geraakt worden door die stem. Dat gebeurde alleszins bij mij. Alle haren gingen overeind staan. Mijn ademhaling stokte. Ik moest naar adem happen. Wat ik hoorde, was breekbare schoonheid. Wat ik hoorde, was schone breekbbaarheid. Dit was intens. Dit was puur.
Beweren dat het enkel de stem is, zou de waarheid geweld aandoen. Want er is ook de muziek. Want er is ook de muzikale begeleiding. Stem en muziek, die een wonderlijk totaalpakket vormen. Een totaalpakket dat mij doet denken aan The National. Aan Elbow. Nu zou u kunnen denken dat ik vatbaar ben voor overdrijving. Dat is het niet. Van overdrijving is hier geen sprake. Totaal niet. U staat op gelijke hoogte met die internationale bands. Maar ik moet voorbij die vergelijkingen kijken. Indien ik dat niet zou doen, zou ik onvolledig zijn. Ik zou tekortschieten in mijn oordeel. Ik kijk dus verder. Voorbij die gelijkenissen. De symfonische grootsheid van uw muziek voegt een melancholische gelaagdheid toe aan die al fantastische stem. Melancholie en breekbaarheid komen samen. Ik sluit mijn ogen. Om mij nog beter te kunnen afzonderen. Ik duw de wereld buiten. Om enkel uw muziek toe te laten. Uw muziek verdraagt geen stoorzenders. De toegang tot uw muziek moet open liggen. Moet vrij zijn. Uw muziek en ik, het is genieten.
Elke nieuwe luisterbeurt wordt uw muziek net dat ietsje meer intenser. Net dat ietsje meer kleurrijker. Net dat ietsje meer gevoeliger. Gewenning is er niet. Dat kan nochtans één van de dingen zijn die kunnen gebeuren. Die gewenning zou mij kunnen wegduwen van uw muziek. Waarna ik heel zachtjes aan van u zou wegdrijven en ik u zou vergeten. Maar dat gebeurt niet. Integendeel. Het lijkt wel alsof u mij roept. Alsof u mij vraagt opnieuw naar u te komen. Met alle plezier ga ik op die vraag in. Ik keer terug naar u. Om telkens weer datzelfde gevoel te ervaren. Een gevoel dat de basis vormt van muziek. Van goede muziek. Muziek moet de luisteraar raken. Tot in zijn ziel. Muziek moet de luisteraar beroeren. Van kop tot teen. Dat is wat uw muziek doet met mij. Elke keer weer.
Beste Ido. Beste Kees. Beste Koen. Beste Tim. Beste Wolf. Het begon met een artikel in De Standaard. Nu zit ik elke week toch enkele keren te luisteren naar uw debuutalbum. Ik kan het niet nalaten. Het moet. Net zoals een mens niet zonder water kan, kan ik niet zonder uw muziek. Net zoals een mens niet zonder eten kan, kan ik niet zonder uw muziek. Ik moet uw muziek horen. Uw keigoede en buitengewoon schitterende muziek. Een mens moet uitkijken voor verslavingen maar deze verslaving wil ik omarmen. Om niet meer los te laten. Daarvoor wil ik u danken. Van ganser harte.
Met vriendelijke groeten.
Reactie plaatsen
Reacties