Uitgelezen: Terug naar huis. Brief aan Jesús Carrasco.

Gepubliceerd op 29 juni 2022 om 13:22

Beste Jesús,

 

Soms kan het mij wel eens gebeuren.  Als ik in een wat mindere periode zit, kan dat gevoel mij wel eens overvallen.  Dat gevoel waarbij ik denk tekort te schieten.  Als zoon.  Als broer.  Als vriend.  Dan ga ik twijfelen.  Aan mijzelf.  Dat gevoel kan een tijdje aan mij blijven kleven.  Om dan weer even plots te verdwijnen als het gekomen is.  Tot de volgende keer.  Want dat is wat zeker is.  Dat gevoel komt terug.  Om maar te zeggen, ik ben een eeuwige twijfelaar.

 

Dat gevoel vind ik terug in uw boek.  In dat boek keert de zoon terug naar Cruces in Spanje.  Vanuit Schotland.  Zijn vader is gestorven en moet begraven worden.  Anderhalf jaar was de vader ziek.  Slechts één keer was de zoon langs geweest.  Nauwelijks had hij de vele telefoontjes beantwoord.  Altijd vond hij wel een excuus om de telefoon niet te beantwoorden.  Vier jaar zat de zoon in Schotland.  In die vier jaar tijd had hij slechts drie bezoekjes gebracht.  Aan vader en moeder.  Dit alles om aan te geven dat de relatie tussen zoon en ouders niet echt vlotjes loopt.  Het lijkt wel alsof de zoon eerder uit plichtsbesef terugkeert naar zijn geboortedorp om zijn vader te begraven.  Het is alleszins niet de liefde voor zijn vader die hem vanuit Schotland naar Spanje brengt.  Zo voelt het.  Zo lijkt het.  Niet enkel voor de lezer.  Ook voor de zoon.

 

U schrijft over dat verblijf in Cruces.  U schrijft over de botsingen.  Over de discussies.  Over de meningsverschillen.  Met de moeder.  Met de zus.  Maar terwijl u hierover schrijft, blikt u ook terug.  Om op die manier alles scherp te stellen.  Om op die manier tot begrip te komen.  Want de gemaakte keuzes zijn geen impulsieve daden.  U tracht dit aan te tonen.  Zodat wij uiteindelijk de gemaakte keuzes kunnen begrijpen.

 

In dat terugblikken wordt het duidelijk waarom de zoon het dorp verlaten heeft.  Stap voor stap komen wij tot dat begrip.  Enkel door afstand te nemen van zijn oorsprong kon de zoon zijn eigen leven vorm geven.  De zoon wou ontsnappen.  Aan die te beklemmende houdgreep.  De houdgreep van het huis.  Van het dorp.  Van de bar in het dorp.  Het leven moet groter zijn.  De wereld moet groter zijn.  Daarom vlucht hij.  Naar Schotland.

 

Niet enkel wil hij ontsnappen aan het dorp.  Net zozeer wil hij ontsnappen aan de vanzelfsprekendheid.  Al te gemakkelijk gaat de vader er van uit dat de zoon de familiezaak zal overnemen.  Vragen worden niet gesteld.  Het wordt als een evidentie beschouwd.  Ooit zal de zoon de zaak overnemen.  Het stokje wordt doorgegeven.  Zoals in een estafettenummer.  Van de ene generatie naar de andere.  Wat er gebeurt wanneer het stokje niet wordt aangenomen, dat schetst u in uw boek.  Dat maakt u duidelijk in uw boek.

 

Aan al die dingen denkt de zoon terug.  Hij denkt niet enkel aan zijn plaats in het dorp.  Aan zijn redenen voor de vlucht.  Aan zijn gemaakte keuzes.  Aan zijn redenen om de zaak toch niet over te nemen.  Tijdens zijn verblijf in Cruces reconstrueert hij ook het verhaal van een familie.  Van zijn familie.  Want dat is wat telkens weer gebeurt bij een overlijden.  Er wordt achterom gekeken.  De eigen plaats in het verhaal wordt herbekeken.  Herinneringen komen bovendrijven.  Spontaan.  Voorwerpen in de woning laten dat gebeuren.  Mensen in het dorp laten dat gebeuren.  Zachtjes aan komt de zoon tot het besef.  De liefde van de ouders werd nooit uitgesproken.  Daartoe hadden zij de tijd niet.  Al te druk waren zij bezig om vooruit te komen in het leven.  Om van de familiezaak een succes te maken.  Pas nu, na het overlijden, beseft de zoon dat in het verzet tegen zijn vertrek eigenlijk de liefde schuilt.  Dat beseft hij nu pas.  Te laat.  Herstellen kan niet meer.  Vergeven kan niet meer.

 

Toch krijgt de zoon een herkansing.  Om het anders te doen.  Bij de moeder wordt Alzheimer vastgesteld.  Meteen wordt de vraag opgeworpen wie zich over haar zal ontfermen.  De vader is net overleden.  De zus vertrekt naar Amerika.  De zoon wordt min of meer door de omstandigheden gedwongen zijn moeder te verzorgen.  Zijn moeder te observeren.  Plots moeten beslissingen genomen worden.  Door de zoon.  Wat zal hij doen met moeder? Wat zal hij doen met het atelier? De onbezorgde vrijheid lijkt voorbij.  De verantwoordelijkheid treedt in.  Dat gebeurt niet meteen.  Zachtjes sijpelt het besef door.  Een strijd gaat hieraan vooraf.  Een strijd met zichzelf.

 

U schetst die persoonlijke strijd.  Heel geleidelijk brokkelt de weerstand af.  Kleine en grote muren worden gesloopt.  Tot het uiteindelijke moment waarop de zoon het licht ziet.  Waarop de zoon begrijpt wat hem te doen staat.  Hij zal doen wat hij moet doen.  Niet omdat het van hem verlangd wordt.  Wel omdat hijzelf het wil.  De zoon verzet zich niet meer.  Hij wordt rustiger.  In die rust komt hij dichter bij zijn zus.  Bij zijn moeder.  Bij zijn vrienden.  Schotland moet wijken.  In Spanje zal hij nu verblijven.  Alles wordt duidelijker.  Het tijdelijke verdwijnt.  Wordt minder tijdelijk.  Hij zal de tijd nemen die hij nodig acht.  Zonder zich op te jagen.  De zoon wordt dieper en dieper de Spaanse grond ingetrokken.  Hij gaat engagementen aan, hij verbindt zich.  Hij voelt zich omringd door mensen die van hem houden.

 

De liefde die nooit uitgesproken werd ervaart de zoon nu.  Hij beseft dat hij dit moment moet grijpen.  Met beide handen.  Niet langer is het een opgave.  Eerder is het een manier om naar elkaar toe te groeien.  Eindelijk.  Terwijl hij bij zijn vader te laat was, is hij bij zijn moeder op tijd.  Nog net.  Want de moeder zakt dieper en dieper weg in het verleden.  Maar dat deert de zoon niet.  Integendeel.  Wanneer de moeder vertelt, luistert de zoon.  Om zijn rugzak te vullen met verhalen.  Waarnaar hij kan teruggrijpen als moeder er niet meer zal zijn.

 

Beste Jesús.  Ik wil u danken voor dit uitzonderlijke boek.  Een boek over een dorp.  Over een familie.  Over een zoon en een vader.  Over een zoon en een moeder.  Over een broer en een zus.  Iemand schreef dat u de uitvinder bent van die ene discipline, het zintuiglijk schrijven.  Dat is zo.  De nagel op de kop, zoals wel eens wordt gezegd.  Want u schrijft op een dergelijke wijze dat de lezer het werkelijk voelt.  Het werkelijk ruikt.  Het werkelijk proeft.  Het werkelijk ziet.  Uit uw woorden verrijst een dorp.  Uit uw woorden staat een familie op.  In dat dorp heb ik enkele dagen mogen rondzwerven.  Bij die familie heb ik enkele dagen mogen verblijven.  Dat alles dankzij u.  Dankzij uw literaire meesterschap.  Daarvoor wil ik u danken.  Uitgebreid en van ganser harte.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.