Uitgelezen: Na de Bataclan. Brief aan Georges Salines en Azdyne Amimour.

Gepubliceerd op 22 april 2021 om 13:11

Beste Azdyne,

 

U bent een vader.  Van een zoon.  Van Samy.  Uw zoon was één van de terroristen die het vuur opende op de concertgangers in de Bataclan.  Na de aanslag zou men kunnen verwachten dat u zou zwijgen.  Dat hebt u niet gedaan.  U sprak.  Met Georges Salines.  U zocht toenadering.  Omdat u zelf ook slachtoffer was.  U hield van uw zoon.  U deed uw best om uw zoon goed op te voeden.  Die zoon verloor u bij leven.  U zag hem veranderen in iemand die u niet meer herkende.  Niet enkel u bent slachtoffer.  Uw zoon is net zozeer een slachtoffer.  Van zijn eigen waanzin.  Van zijn ronselaars.  Dat pleit hem evenwel niet vrij.  Uw zoon heeft een misdaad gepleegd en daarom is hij schuldig.  Dat besef zadelt u op met een enorm schuldgevoel.  Dat schuldgevoel bracht u tot Georges Salines. 

 

Samen schreef u een boek.  U had daartoe uw redenen.  Voor u was het een vorm van therapie.  Via dit boek wou u aantonen dat het gezegde ‘zo vader, zo zoon’ niet waar is.  Via dit boek wou u de haat doorbreken en de pijn van de ouders van de slachtoffers delen.  Om die redenen schreef u dit boek.

 

 

Beste Georges,

 

U bent een vader.  Van een dochter.  Van Lola.  Uw dochter was één van de dodelijke slachtoffers bij de aanslag in de Bataclan.  Na de aanslag zou men kunnen denken dat u uit zou zijn op wraak.  Dat u iedereen over dezelfde kam zou scheren.  Dat hebt u niet gedaan.  U reikte de hand.  Geen vuist, wel een open hand.  U aanvaardde de uitnodiging.  Van Azdyne Amimour.  U ging het gesprek aan.  Omdat u zelf ook slachtoffer was.  U verloor uw dochter.  U verloor uw dromen die u voor uw dochter droomde.  U verloor een deel van uw toekomst.  Schrijven dat uw dochter ook een slachtoffer is, is een open deur intrappen.  Uw dochter stierf.  Haar leven eindigde.  Een leven dat nog alle richtingen uit kon.  Dat verlies bracht u tot Azdyne Amimour.

 

Samen schreef u een boek.  U had daartoe uw redenen.  Op persoonlijk vlak wou u begrijpen welke motieven jonge mensen ertoe drijven dergelijke aanslagen uit te voeren.  Op politiek vlak wou u via dit boek tonen dat dialoog mogelijk is.  U wou aantonen dat, als een dergelijk gesprek kon plaatsvinden, de muren van wantrouwen, onbegrip en soms van haat ook kunnen geslecht worden.  Om die redenen schreef u dit boek.

 

 

Beste Azdyne,

Beste Georges,

 

Jullie kenden elkaar niet.  Jullie waren vreemden voor elkaar.  Dat veranderde op 13 november 2015.  Op die dag werden jullie slachtoffer.  Die dag bracht jullie samen.  Nochtans had het logischer geleken als jullie lijnrecht tegenover elkaar zouden gestaan hebben.  Als jullie voor de confrontatie zouden hebben gekozen.  Dat doen jullie niet.  Jullie kiezen resoluut voor die andere optie.  Jullie kiezen er bewust voor elkaar te ontmoeten.  Elk om zijn redenen.  Verschillende redenen.  Maar in die redenen is er dat ene gemeenschappelijke.  Jullie willen begrijpen.  Datgene wat gebeurd is, willen jullie begrijpen.

 

Bij talloze ontmoetingen hebben jullie gesprekken.  Het waren niet altijd prettige gesprekken.  Soms verschilden jullie van mening.  Maar altijd was er die wil om te luisteren.  Altijd was er dat wederzijdse respect.  Die gevoerde gesprekken komen samen in dit boek.  Dit boek is de weerslag van die gesprekken.  Dit boek heb ik zonet gelezen.

 

Jullie vertellen over jullie kinderen.  Jullie geven mij de sleutel tot jullie huis.  Ik kan vrij binnenwandelen.  Ik kan vrij rondkijken.  Ik leer uw dochter kennen.  Ik leer uw zoon kennen.  Ik lees hoe de wereld van uw dochter alsmaar groter wordt.  Ik lees hoe de wereld van uw zoon alsmaar kleiner wordt.  Met een enorme goesting trekt uw dochter de wereld in.  Die goesting lijkt afwezig te zijn bij uw zoon.  Hij trekt zich terug, zo lijkt het wel.  Bij dat terugtrekken blijven jullie even hangen.  Jullie willen het pad van de radicalisering begrijpen.  Jullie zien hoe alle ingrediënten aanwezig waren: identiteitscrisis, een reeks mislukkingen, honger naar kennis over de islam, beïnvloedbaar karakter, verkeerde vrienden.  In het vertrek naar Syrië lezen jullie een soort solidariteit van die generatie.  In dat vertrek lezen jullie gemeenschappelijke frustraties bij die generatie.  Jawel, in dat vertrek lezen jullie zelfs een plan dat redding bracht.

 

Jullie keren terug naar de avond van de aanslag.  Jullie vertellen hoe jullie die dag en avond hebben beleefd.  Hoe jullie de dagen na die aanslag hebben beleefd.  Jullie vertellen hoe jullie het nieuws vernamen.  Hoe jullie op nieuws wachtten.  Over uw dochter.  Over uw zoon.  In die beleving zit er een verschil.  Georges treedt naar buiten.  Verschijnt in het openbaar.  Azdyne moet zich verschuilen.  Sluit zich op.  Terwijl Georges omringd wordt door familie en vrienden, is Azdyne alleen met zijn verdriet.  Georges praat.  Azdyne zwijgt.  Binnen het gezin van Azdyne wordt Samy een taboe.  Na de aanslag wordt er niet meer over hem gesproken.  Dat is anders bij Georges.  Lola blijft aanwezig in de hoofden van het gezin.  Herinneringen aan haar worden gedeeld.

 

Het boek beperkt zich niet enkel tot de aanslag.  Niet enkel tot de dagen na die aanslag.  Jawel, jullie vertellen over het zoeken.  Over het ontkennen.  Over de hoop.  Over de twijfel.  Jawel, jullie vertellen over die lijdensweg.  Over die lange lijdensweg.  Maar toch is dat niet het enige.  Omdat jullie lijken te beseffen dat het gesprek opengetrokken moet worden om tot begrip te kunnen komen.  Andere thema’s worden dus aangesneden.

 

Uiteraard vertellen jullie over het geloof.  Over de betekenis van het geloof.  Over de redenen niet te geloven.  Over de redenen waarom de een gelooft en de andere niet.  Julie vertellen over het vormen van een politiek geweten.  Over de opvoeding.  Over het doorgeven van dingen aan kinderen.  Jullie vertellen over Frankrijk.  Over Amerika.  Jullie vertellen over de doodstraf.  Over de redenen waarom jullie beiden tegen de doodstraf zijn.  Jullie vertellen over de zin van het vergeven.  Over het recht om te rouwen.

 

Jullie praten over de interpretatie van de Koran.  Over het probleem met de afwezigheid van een hoogste autoriteit in de islam.  Over het feit dat overheden daardoor gesprekspartners missen.  Jullie praten over de invloed van Saoedi-Arabië.  Over de nood (of niet) aan een Europese islam.  Over de neutraliteit van de staat.  Over de scheiding van Kerk en Staat.  Over het verbod op dragen van sluiers.

 

Samen stellen jullie dat geen enkele moslim zich schuldig hoeft te voelen aan de misdaden die in naam van een islam die niet de zijne is, zijn gepleegd.  Wel beseffen jullie dat de strijd voor een vreedzame en tolerante interpretatie van de islam van binnenuit moet worden gevoerd.  Uiteindelijk komen jullie tot die ene, mooie slotconclusie.  In die slotconclusie stellen jullie eenvoudig dat we moeten kunnen begrijpen zodat we ook kunnen ingrijpen.

 

Jullie beseffen dat jullie strijd ook een strijd is tegen de haat jegens moslims.  Jullie stellen vast dat het onbehagen over hun plaats in de Franse maatschappij sterker wordt.  Jullie stellen vast dat terrorisme vormen van uitsluiting versterkt of rechtvaardigt.  Met jullie gesprek trachten jullie hiertegen in te gaan.  Met dit boek trachten jullie weerwerk te bieden.

 

Beste Azdyne.  Beste Georges.  Ik wil jullie danken voor jullie moed.  Om dit boek te schrijven.  Want dit boek geeft hoop.  Zolang we met elkaar praten in wederzijds respect, is er hoop.  Die hoop hebben we nodig.  Voor ons.  Voor onze kinderen.  Voor onze kleinkinderen.  Met jullie boek hebben jullie die hoop gevoed.  Versterkt.  Jullie hebben met jullie boek getoond dat uit het grootste leed toch mooie dingen kunnen ontstaan.  Ter wille van dat alles wil ik jullie danken.  Van ganser harte.  Dank.  Dank.  Dank.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb