Staycation in België, een aanrader. Brief aan De Zonnegloed.

Gepubliceerd op 28 september 2020 om 12:51

Beste,

 

Een grote verzameling dieren? Dat zou ik een dierentuin durven te noemen. Tot voor kort leek mij dat de enig mogelijke oplossing. Tot voor kort leek mij dat het topantwoord. Alternatieven waren er niet. Dat dacht ik. Alles veranderde toen ik naar de Zonnegloed kwam. Toen ik naar jullie kwam. Die ontmoeting leerde mij dat een grote verzameling dieren geen dierentuin hoeft te zijn. Het kan net zozeer een sanctuary zijn. Want dat zijn jullie. Jullie voorzien in gespecialiseerde, permanente opvang voor uitheemse wilde dieren. Het gaat hierbij om dieren uit circussen of dierentuinen die het niet al te nauw nemen met de wetgeving. Maar ook uitheemse wilde dieren, die door particulieren als illegaal huisdier worden gehouden, vinden de weg naar uw sanctuary.

 

Ik ben een dierenvriend. Dat was niet altijd zo. Als broekventje lieten dieren mij eerder onverschillig. Maar ik werd groter. Met dat groter worden verdween die onverschilligheid. Onverschilligheid werd liefde. In die omschakeling speelt mijn vrouw een grote rol. Zij opende mij de ogen. Zij deed mij met andere ogen kijken naar de dierenwereld. Plots kon ik lachen met dieren. Plots kon ik lachen om dieren. Plots kon ik huilen met dieren. Plots kon ik huilen om dieren. Dierenleed ging mij recht naar het hart. Maakte mij opstandig. Die grotere gevoeligheid maakte mij nieuwsgierig naar uw project. Bracht mij uiteindelijk naar uw project.

 

Ik wist niet wat ik mocht verwachten. Met hoge verwachtingen reed ik naar jullie. Toch verhinderde een zekere angst dat die verwachtingen al te hoog opflakkerden. Ik ervaarde een zekere angst teleurgesteld te worden. Dat zou ik persoonlijk niet zo erg vinden. Met die teleurstelling zou ik wel om kunnen. Ik zou het enkel erg vinden voor jullie. Ter wille van jullie wou ik niet teleurgesteld worden. Want nog vóór ik maar één stap had binnengezet bij jullie had ik een warme sympathie opgevat voor jullie project. Die sympathie wou ik vrijwaren van een teleurstelling. Ik wou achteraf lovend kunnen vertellen over uw project. Ik wou achteraf anderen enthousiasmeren over uw project. Dat wou ik van ganser harte.

 

Met een klein hartje stapte ik bij jullie binnen. Aanpassingsperioden kunnen behoorlijk lang aanslepen. Daarvan was evenwel geen sprake bij jullie. Ik hoefde mij helemaal niet aan te passen. Ik voelde mij meteen thuis. Uw gasten ontvingen mij met open armen. In hun ogen las ik een enthousiasme. Een blijheid om mijn aanwezigheid. Dieren kunnen niet praten. Misschien wel in vroegere tijden. Dat wordt wel eens gezegd, in de tijd dat de dieren nog konden praten. Nu kunnen zij het niet meer. Nu doen zij het niet meer. Die mogelijkheid werd hun ontnomen. Toch kon ik hun ogen lezen dat zij mij welkom heetten. Ik was welkom. Dat voelde ik.

 

Uw gasten vertelden mij hun verhaal. Dat was niet altijd fraai. Zij vertelden mij hoe zij gedwongen werden te dansen. Tot vermaak van de hotelgasten. Zij vertelden hoe zij werden binnengehaald door mensen omdat zij hun deden denken aan Harry Potter. U weet wel, de uil uit de verhalen van Harry Potter. Zij vertelden mij hoe zij werden gered uit autokoffers. Uit te kleine en te nauw bemeten ruimtes. Als slachtoffer van illegale handel. Zij vertelden mij dat zij werden afgedankt. Dierentuinen wezen hen de deur omdat zij plaats moesten maken. U zal wel begrijpen, die verhalen vertelden zij mij niet echt. Hun verhalen werden neergeschreven op infoborden aan hun ‘huisjes’. Ter duiding. Al die verhalen kwamen hard binnen.

 

U zou nu kunnen gaan denken dat alles een beetje triest was. Dat was het niet. Dat was het helemaal niet. Ik moest lachen met de gekke capriolen van de beesten. Zij wisten mij te entertainen. De een door halsbrekende acrobatieën te etaleren. De ander door gewoon lui te staren. Zoals die grote bruine beer. Hij ging neerliggen. In een putje dat hij zelf gegraven had. In dat putje nestelde hij zich comfortabel. Hij keek mij aan. Op anderhalve meter afstand. Alsof zelfs die beer op de hoogte was van de regels rond social distancing. Het was heerlijk. Die minieme afstand noopte mij tot een gesprek. Het kan gek klinken. Maar ik ging praten met vele dieren. Niet enkel met die bruine beer. Bij jullie ontdekte ik dat er diep in mij een beestenfluisteraar verscholen zit. Het waren fijne gesprekken. Antwoorden kreeg ik niet. Of toch geen lang uitgesponnen antwoorden. In de stilte volgend op mijn vraag zocht ik een antwoord. Waarop dan een volgende vraag volgde. Zo gingen die gesprekken. Diepzinnige gesprekken over het leven. Over wat voorbij was. Over wat nog komen moest.

 

Maar niet enkel de dieren deden mij vollopen van warmte. Ook de vrijwilligers stemden mij vrolijk. In de manier waarop zij over de dieren praatten. In de manier waarop zij met de dieren omgingen. In de manier waarop zij dieren geruststelden. Daarvan getuige te mogen zijn, was evenzeer deel van die fijne belevenis.

 

Tot slot nog even dit. Ik ben de vijftig gepasseerd. Het zou dus niet mogen. Toch deed ik het. Ik waagde mij aan het avonturenpad. Ik ging over levende bruggen. Ik slingerde als een aap. Ik zocht balancerend mijn weg over boomstammen. Jawel, ik liet het kind in mij los. Niet lichtjes gegeneerd. Wel voluit.  Zonder enige schaamte. Dat lijkt het effect te zijn van dieren op mij. Zij lijken het te begrijpen. Meer nog, zij lijken het te appreciëren als volwassen mannen zich voluit geven. Zich overgeven aan het spel. Die ongeremdheid maakte dat ik mij openstelde voor de omgeving. Voor de dieren. Voor de verzorgers. Voor de andere bezoekers. Ik straalde. Omringd door dieren besefte ik dat ik gelukkig was. Ik kon enkel hopen dat ook die dieren eenzelfde geluk mochten ervaren. Dat zij na lange omzwervingen eindelijk thuis gekomen waren.

 

Het werd een fantastische dag. Ik was dolenthousiast. Ik had gewandeld. Ik had gekeken. Ik had gepicknickt. Ik had gelachen. Ik weet dat volmaakte dagen eerder een uitzondering zijn. Volmaakte dagen waarop alles lijkt samen te vallen op een meer dan perfecte wijze. Bij de uitgang aangekomen kon ik zeggen dat dit een volmaakte dag was. Had ik de olifant gemist? Had ik de berggorilla gemist? Had ik de leeuw gemist? Had ik de giraffe gemist? Neen. Neen. Neen. Ik had kennisgemaakt met Maik. Ik had kennisgemaakt met Gus. Ik had kennisgemaakt met Thimba. Ik had kennisgemaakt met Daniela. Vele dieren kon ik nu mijn vriend noemen. Vrienden, waarvan afscheid nemen moeilijk was. Maar afscheid nemen hoeft niet. Ik kan terugkomen. Ik kan terugkeren.

 

Beste. Ik wil u danken voor die ene dag. Die ene dag tussen de dieren. Tussen grote en kleine dieren. Tussen grappige en eerder ernstige dieren. Zoals ik reeds zei, ik keer terug. Want die belofte maakte ik mijzelf bij het terugrijden naar huis. Ik kom terug. Vertel het maar door aan mijn nieuwe vriendjes. Want hen wil ik terugzien.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb