#weetikveel en de Oostkantons, gehoord op Radio 1. Brief aan Marnix Peeters en Kobe Ilsen.

Gepubliceerd op 7 september 2020 om 12:25

Beste Marnix,

Beste Kobe,

 

Die vrijdagmiddag moest ik om een nieuwe kookplaat. De plaat lag klaar in de winkel. Ik diende ze enkel nog af te halen. Ik ging met de wagen. Na het werk gewoon even doorrijden. Kort na de middag stapte ik in de wagen. Nog voor ik startte, schakelde ik de radio aan. Dat zou kunnen volstaan om vervolgens de wagen te starten. Toch volstond dat niet. Ik moest de juiste zender vinden. De juiste muziek. Dat is een noodzakelijke voorwaarde om in de wagen de nodige rust te vinden. Dat maakt van mij een leukere jongen in het verkeer. Ik neem dus mijn tijd. Ik loop het rijtje van voorgeprogrammeerde zenders af. Hou even stil bij elke zender. Om dan verder te gaan naar de volgende. Die vrijdagmiddag stopte ik bij Radio 1. Ik hoorde u. Ik hoorde jullie. Mijn beslissing was genomen. Ik had de juiste zender. Ik had de gezochte rust. Ik kon vertrekken.

 

In uw gesprek viel de naam Burg-Reuland. Onmiddellijk had u mijn aandacht. Meteen wist ik dat ik verder moest luisteren. Dit zou goed worden. Dit zou interessant worden. Het kan u misschien vreemd lijken dat de naam van een dorpje een dergelijk effect kan hebben. Een verklaring is daarom noodzakelijk. De naam van dat dorpje bracht mij terug naar vroegere jaren. De jaren waarin ik leeuwtje was bij de KSA. Ik moet eerlijk zijn, dat was behoorlijk ver terug in de tijd. Ik was een kind, ik wist niet beter. In die bijna prehistorische tijden gingen wij op zomerkamp in Burg-Reuland. Ik zou veel kunnen vertellen over dat ene kamp. Ik zal het niet doen. Een brief mag niet al te lang worden. Daarom zal ik kort zijn. Over dat kamp. Heel kort. Het was een fantastische tijd. U voerde mij terug naar die tijd. Ik werd helemaal warm binnenin. Ik had wel kunnen huilen. Van puur geluk. Ik hield mijn ogen droog. Ik was op de baan. Ik moest alert zijn.

 

U klonk enthousiast. U was enthousiast. In die mate dat ik mezelf moest intomen. In die mate dat ik die kookplaat wou vergeten en wou doorrijden naar de Oostkantons. Want dat was jullie gespreksonderwerp. Ik wou onmiddellijk verifiëren wat u vertelde. In tijden dat verre buitenlanden onbereikbaar lijken, maakte u duidelijk dat het verre buitenland ook heel dichtbij kan zijn. In eigen land zelfs. Ik wou meteen afreizen. Ik wou zelf ervaren wat u zo enthousiast maakte. Ik wou afreizen naar die streek waar deuren niet op slot worden gedaan. Waar verschillende generaties samenwonen zonder dat daar een modieuze naam als kangoeroewonen aan gegeven wordt. Waar nog bijna dagelijks gefeest wordt. Naar die bijna unieke wereld wou ik vertrekken. Ik deed het niet. Mijn kookplaat hield mij thuis.

 

U deed mij niet enkel achterom kijken. U deed mij niet enkel verlangen. U maakte mij ook nieuwsgierig. Naar vele dingen. U maakte mij nieuwsgierig naar Iedereen Beroemd. Naar alle afleveringen van De Oostkantons. In die korte schetsen was u de gastheer. Al die afleveringen wou ik zien. U maakte mij nieuwsgierig naar uw boeken. U maakte mij nieuwsgierig naar Oogje, het kleine meisje uit de Lange Tafelstraat, uw nieuwste roman. Al die boeken, te beginnen met uw nieuwste, wou ik lezen. Tot op heden had ik nog geen enkele aflevering gezien. Tot op heden had ik nog geen enkele van uw boeken gelezen. Ik moest aan het werk. Neen, het voelde niet als een verplichting. U zette geen revolver tegen mijn slaap. Ik wou het zelf. Vrijwillig.

 

Iedereen Beroemd. Uw boeken. Er was nog één ding waarnaar ik nieuwsgierig werd. Ik werd nieuwsgierig naar de televisionele versie van het radioprogramma. Ik besef ten volle dat over niks alles kan geweten zijn. Althans, dat ervaar ik bij mezelf. Er is altijd wel nog dat ene weetje, dat het verdient verteld te worden. Uw programma vindt altijd weer die ene gast(e) om onze kennis wat bij te spijkeren. Uw programma biedt daartoe aan die ene gast(e) de nodige ruimte. Voorlopig enkel op de radio. Heel binnenkort op de televisie. Ik kijk er naar uit. Als dat van hetzelfde hoogstaande niveau is als wat u op de radio brengt, kan ik daar enkel maar blij om zijn. Als u gasten uitnodigt van hetzelfde niveau als Marnix Peeters, kan ik mij daarover enkel maar verheugen.

 

Beste Kobe. Beste Marnix. Bij de winkel aangekomen kon ik niet meteen uitstappen. Uw uurtje was nog niet voorbij. Ik bleef in de wagen. Ik wou niks missen van dat heerlijke samenspel. Het samenspel van een perfecte gastheer en een perfecte gast. U wist mij één uur lang te boeien. U wist mij één uur lang aan de radio te kluisteren. De tijd vliegt, dat wordt wel eens gezegd. Jullie bewezen met verve hoe één uur heel soms één minuut lijkt te zijn. Voor dat ene gesprek waarvan ik getuige mocht zijn wil ik u van ganser harte danken. Bedankt dus. Van ganser harte bedankt.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.