Beste Ilse,
Ik wil u schrijven over uw nieuwste single. Over Gravel & Dust. Ik wil u schrijven hoe fantastisch ik die single vind. Maar dat mag ik niet. Toch niet meteen. Een brief heeft een inleiding nodig. Om de lezer voor te bereiden op de eigenlijke inhoud. Die inleiding moet de lezer verleiden verder te lezen. Zo is het mij geleerd. Ik ben een marketeer. Mij werd aangeleerd steeds te werken volgens de AIDA-structuur. Attention. Intrest. Desire. Action. Van die gouden stelregel mocht nooit afgeweken worden. Die was heilig. Wat heilig is, mag niet geschonden worden. Daarom vraagt een brief een inleiding. Om uw aandacht te trekken. Sta mij dus toe zachtjes aan te beginnen. Om u zo mee te nemen in mijn verhaal.
Bij uw nieuwste single moest ik denken aan mijn broer. Mijn grote broer. Ik ben opgegroeid in een heerlijk gezinnetje. Met plezier en warmte kijk ik achterom. Mijn ouders brachten mij groot. Voedden mij op tot de man die ik nu ben. Dat deden zij goed. Mijn moeder deed het goed. Mijn vader deed het goed. Hierover geen klachten. Alleen was er die kleine onvolkomenheid. Mijn muzikale opvoeding was bijna onbestaande. Jawel, er was muziek in huis. Wim Sonneveld. Willem Vermandere. Dalida. Walter De Buck. Verder ging het niet. Verder kwam ik niet. U kan begrijpen dat ik als jonge kerel behoorlijk op mijn muzikale honger bleef zitten. Ik wou meer. Alleen wist ik niet waarheen. Dat zijn de momenten waarop grote broers op de proppen dienen te komen. Op die momenten van vertwijfeling moet de grote broer zijn kleine broer bij de hand nemen. Moet hij zijn kleine broertje op de goede weg zetten. Dat heeft mijn grote broer gedaan. Met verve. Met overtuiging.
Hij voerde mij naar The Sound. Naar Joy Division. Naar Echo and the Bunnymen. Naar Au Pairs. Naar The Smiths. Naar U2. Naar Magazine. Telkens hij een nieuw album kocht, mocht ik naar zijn kamer. Om samen te luisteren. Dat waren heerlijke momenten. Momenten van muzikale ontdekkingen. Nooit stelde hij mij teleur. Steeds wist ik dat het goed zou zijn. Behalve dan misschien die ene keer. Die ene keer dat hij met een album van T Bone Burnett naar huis kwam. Een Amerikaans singer-songwriter. Die keuze begreep ik niet. Hiervoor was ik nog niet klaar. Mijn broer bleek klaar voor andere richtingen. Ik nog niet. Lange tijd heb ik die keuze niet begrepen. Tot ik ouder werd. Ouder en rijp genoeg om net die muziek te waarderen. Met terugwerkende kracht ging ik de muziek van T Bone Burnett ontdekken. Om vast te stellen dat mijn grote broer het ook deze keer bij het rechte eind had. Ook deze muziek was goed. Steengoed.
U bracht uw single uit. Dat hoeft niet te verbazen. U bent muzikante. Het uitbrengen van singles is deel van de job. Dat brengt brood op de plank. Zonder brood geen leven. Zo is het. Daar kan niemand onderuit. Dat geldt voor iedereen. Het was dus niet de single die mij zo verbaasde. Wel was het de man die achter de knoppen zat. U werkte samen met T Bone Burnett. Intussen wist ik dat die naam niks meer was dan een kwaliteitslabel. Een kwaliteitsgarantie. In het verleden had hij samengewerkt met Roy Orbison. Met Elvis Costello. Met Los Lobos. Met Natalie Merchant. Met The Wallflowers. En nu dus met u. Een mooi rijtje toch?
Het was T Bone Burnett die mij opnieuw naar u bracht. T Bone Burnett en Liefde voor Muziek. Die combinatie maakte mij nieuwsgierig naar uw nieuwste werk. Bij het begin van uw carrière had ik u heel eventjes gevolgd. Met I’m not so tough. Dan was ik u uit het oog verloren. Ik had u opnieuw opgepikt met The Common Linnets. Om u vervolgens weer te verliezen. Wij hadden een muzikale knipperlichtrelatie. Zo zou ik het kunnen stellen. Vandaag was ik opnieuw tot u gekomen. Met dank aan die heilige tweevuldigheid.
Ik ging dus luisteren. Meteen gebeurde datgene wat maar zelden gebeurt. Wat maar heel zelden gebeurt. Uw lied greep mij aan. Ik was geroerd. Ontroerd. Een echte verklaring kan ik niet geven. Ik kan enkel pogen mijn gevoelens te omschrijven. Ik werd overspoeld. Overmand. Ik liep vol warmte. Intense warmte. Meteen begreep ik dat ik dit nummer nooit zou loslaten. Dat dit nummer mij nooit zou loslaten. Het zou bij mij blijven. Nooit zou het weggaan. Zoals ik al zei, dat gebeurt niet vaak. Enkel bij goede nummers. Enkel bij steengoede nummers.
Intussen heb ik al vele malen geluisterd. Op alle mogelijke momenten. Met elke luisterbeurt wordt het nummer nog beter. Nog sterker. Bij het begin van elke luisterbeurt overvalt mij een zeker enthousiasme. Omdat ik weet wat komen zal. Omdat ik weet dat een goed gevoel zich in mij zal nestelen. Van kop tot teen. U zal zingen. Ik zal vollopen. Zo is het elke keer al geweest. Nooit was er die ene uitzondering. Uw lied gaat naar mijn hart. Uw lied fluistert mij in dat alles goed gaat. Dat alles goed komt. In uw lied hoor ik goesting in het leven. Hoor ik zin voor het leven. U zal misschien vreemd opkijken. Misschien is Gravel & Dust helemaal niet zo bedoeld. Misschien appelleert het nummer aan de donkere kanten van het bestaan. Misschien is Gravel & Dust helemaal geen vrolijk lied. Indien het zo zou zijn, vraag ik u mij deze interpretatiefout te vergeven. Mijn interpretatie van het nummer loopt dan helemaal de verkeerde kant uit. Maar dat is wat kan gebeuren met woorden. Dat is wat kan gebeuren met muziek. Vele luisteraars. Even zo vele meningen.
Beste Ilse. Ik wil u danken voor die ene single. Ik wil u danken voor die vele intense luisterbeurten. Die luisterbeurten vol warmte. Die luisterbeurten vol plezier. Daarom, van ganser harte bedankt.
Met vriendelijke groeten.
PS: Ik weet niet of Gravel & Dust mij naar de Antwerpse Arenberg zal brengen. Ik twijfel nog. Makkelijker zou het zijn indien u naar Gent zou komen. Gent heeft vele zalen. Goede zalen. Mooie zalen. Indien u naar Gent kwam, zou het eenvoudiger zijn. Dan ging ik. Meteen.
Reactie plaatsen
Reacties