Uitgelezen: Bechamel mucho. Brief aan Dimitri Verhulst.

Gepubliceerd op 26 juni 2025 om 12:51

Beste Dimitri,

 

Het juiste boek op het juiste moment, dat is niet altijd een vanzelfsprekendheid.  Met de zomervakantie in het vooruitzicht, wist ik evenwel dat ik met uw boek goed zat.  De zomervakantie was het juiste moment voor uw boek.  Daarbovenop kwam mijn rotsvaste overtuiging dat uw boeken mij nooit zouden tegenvallen.  Zelfs het foute moment zou voor uw boeken geen spelbreker kunnen zijn.  Voor uw boeken bestaan enkel juiste momenten.  Met die wetenschap kon ik in alle rust beginnen aan Bechamel Mucho, uw laatste boek.

 

Ik begin aan uw boek.  Ik heb nog maar de eerste bladzijden gelezen en ik ga glimlachen.  Dat overkomt mij telkens weer.  Bij elk van uw boeken.  Het is de manier waarop u schrijft.  U gebruikt een taal, die enkel u machtig blijkt te zijn.  Het Dimitriaans.  Een unieke stijl, waarin u heer en meester bent.  Een unieke stijl, die niemand anders lijkt te beheersen.  Uw manier van schrijven en beschrijven doet mij grinniken.  Doet mij lachen.  Soms schud ik met mijn hoofd en zeg ik luidop ‘jongens, jongens, jongens’.  Op die momenten lees ik de net gelezen zinnen voor aan mijn vrouw.  Zodat zij kan begrijpen waarom ik stilletjes zit te glimlachen.  Zodat zij min of meer kan begrijpen waarom ik mij fan durf te noemen van uw boeken.

 

U voert mij naar een Spaans clubhotel.  Samen met enkele vrouwen.  Met Elma.  Met Clarice.  Met Mariska.  Met Gerda.  Met Ilona.  Met Mireille.  Met Astrid.  Met Verla.  Met Zoja.  Elk van die vrouwen heeft zo haar redenen om te kiezen voor een vakantie in een clubhotel.  Die redenen benoemt u.  Treffend en pijnlijk.  U verhult niet.  U verbloemt niet.  U kijkt de problemen recht in de ogen.  Dat durf ik te omschrijven als eerder ‘confronterend’.  U schrijft over het leven en hoe het geleefd wordt door elk van die vrouwen.  Ik kan zeggen, van die leventjes wordt een mens niet vrolijk. 

 

In de beschrijvingen van die enkele levens vindt u een aanleiding om af te rekenen met onze maatschappij.  Met onze consumptiemaatschappij.  Ik had nog maar veertig pagina’s gelezen en ik had al uw kritiek mogen lezen op influencers.  Op een leven met kinderen.  Op het economische systeem.  Op aan huis bezorgde maaltijden.  Op bejaardentehuizen.  Op Irish pubs.  Kritiek die ik soms te hard vind.  Die ik soms kan onderschrijven.  Meer en meer bekruipt mij het gevoel dat u het niet hebt gemunt op die clubhotels.  Dat ene clubhotel is slechts een verbeelding van onze maatschappij.  Met uw boek wenst u aan te tonen waar het allemaal fout loopt.  In vele gebieden merkt u knipperlichten.  Knipperlichten die soms zwakjes maar heel vaak felrood staan te knipperen.  Dat ene clubhotel verschaft u het alibi om volledig los te gaan.  Om wild rond u heen te schoppen.

 

Of neen, toch niet.  Neen.  Neen.  Neen.  U hebt het niet zo begrepen op lowcost vliegmaatschappen.  U benoemt in uw kritiek de uitbuiting van het personeel.  U hebt het niet zo begrepen op clubhotels.  U benoemt in uw kritiek het gemakkelijk en hersendodend vertier.  U hebt het zelfs niet zo begrepen op de toerist.  U kan niet begrijpen dat die menen op alles recht te hebben omdat zij nu eenmaal betaald hebben.  Dus niet enkel benoemt u de uitwassen van onze consumptiemaatschappij, u benoemt tevens de uitwassen van het toerisme.  Beide lijken hand in hand te gaan.

 

In uw boek figureren vele vrouwen.  Slechts één man staat u toe figurant te worden in uw verhaal.  Alex, de animator in het Spaanse clubhotel.  Bij hem komen al die vrouwen op ‘consultatie’.  Zijn functie omschrijft u als het theelichtje in het donkere bestaan van de voortploeterende klasse.  Alex was de belangrijkste tool waarmee het verheerlijkte model van niet-aflatende economische groei zichzelf telkens weer opgelapt kreeg.  Heel scherp stelt u dat Alex zijn leegte ten dienste kon stellen van andermans leegte.  Als nar.

 

Ook het leventje van Alex beschrijft u.  In al zijn ellendigheid.  U benoemt de redenen waarom hij naar dat Spaanse clubhotel trekt.  Vlucht.  Uiteindelijk laat u hem aan het eind van uw boek in een bijzondere confrontatie kiezen wie hij wenst te zijn.  U dwingt hem (en niet die vrouwen) in de spiegel te kijken.  Hij moet beslissen wat hij verder met zijn leven zal doen.  En alweer, daar wordt een mens niet vrolijk van.

 

Beste Dimitri.  Uw visie op de maatschappij is hard.  Om die reden zou ik uw boek, ter wille van zelfbescherming, van mij kunnen afduwen.  Toch doe ik dat niet.  Het is de manier waarop u uw spot vertaalt, dat mij aan uw boek bindt.  Omdat ik die als best wel als humoristisch ervaar.  Uw humor kan ik hebben.  Uw humor weet ik te waarderen.  Omdat ik, als ik de harde kantjes wat afvijl, uitkom op punten van kritiek, die wij gemeenschappelijk hebben.  Dat alles doet mij besluiten dat u wederom een goed boek schreef.  Een heel goed boek.  Daarvoor wil ik u graag uitgebreid bedanken.  Dank dus.  Dank.  Dank.  Dank.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb