Beste Karl,
Nog maar eens een reisprogramma, dacht ik. Bij de eerste aflevering diende ik evenwel vast te stellen dat ik het bij het verkeerde eind had. Jawel, u ging op reis. Jawel, u nam een BV mee op reis. Dat was het enige dat u deelde met een ‘ordinair’ reisprogramma. Daar hield de gelijkenis op. Wat u deed, was anders. Wat u deed, was helemaal anders.
U ziet niks. Dat durf ik zomaar te zeggen. U stopt het niet weg. Meer nog, hat is de titel van uw nieuwe programma. Omdat u zo open bent, verlies ik alle schroom om de dingen te benoemen. Zoals ik dus zei, u ziet niks. Dat maakt dat u alternatieve manieren zoekt om schoonheid te beleven. Eén van die manieren is muziek en geluid. Wat dat kan betekenen, wilt u delen met de wereld. Daarom nodigt u een partner in crime uit. Een partner, die u gaat zoeken in de wereld van de muziek.
U nodigt uw gasten uit om een land op een andere manier te leren kennen. U vraagt uw gasten om met hun oren te kijken. Het voorgaande is geen tikfout. U vraagt uw gasten wel degelijk met hun oren te kijken. Het klinkt gek. Toch is dat wat gebeurt. Samen met uw gast gaat u op zoek naar de nationale klanken van een land. De klanken, die zo typerend zijn voor een land. U gaat die klanken ontdekken. U gaat die klanken beleven.
Uw uitnodiging sloopt alle muren. Uw gasten stellen zich open. Ik kan het moeilijk omschrijven maar het lijkt alsof op een zeer korte tijd een niet te verbreken band ontstaat. Alle voorbehoud valt weg. Het lijkt alsof ik zit te kijken naar twee vrienden die samen op reis gaan. Twee vrienden, waarvan één toevallig niks ziet. Die band lijkt een openheid te creëren waarin alles ken benoemd worden. Waarin alles kan gezegd worden. Waarin alles kan gevraagd worden.
Die openheid is ook noodzakelijk om mee te gaan in uw experiment. Uw gasten worden gevraagd hun oren op scherp te stellen. Om de geluiden op te pikken. Om te kijken en tegelijk die beelden te laten samenvloeien met de geluiden. Geluiden, waarvan u meent dat zij zo typerend zijn voor een land. Ik ben nu al twee maal meegegaan in uw experiment. Met Tijs Vanneste. Met Coely. Ik moet zeggen, het werkt. Beeld en geluid versterken elkaar. Ontroering is een altijd aanwezige factor. Wat ik registreer, wordt grootser. Wordt schoner. Die grootsere schoonheid ontroert. Telkens weer. Het werkt niet slechts één keer. Het werkt elke keer.
Een mens zou kunnen denken dat geluid een stoorzender is. Dat het een obstakel is in de beleving. Maar dat is het niet. Integendeel. Het kijken wordt vollediger. De aandacht wordt scherper. Om dat duidelijk te maken, doet u het beeld af en toe verdwijnen. Voor een minuutje. Op het televisiescherm zijn dan enkel geluidsgolven te zien. Dit zijn mijn favoriete momenten. Ik sluit mijn ogen. Ik open mijn oren. Ik zwijg en luister. Heerlijk. Wat ik net voordien gezien heb, herbeleef ik in dat korte moment. In dat korte moment herkauw ik de beelden.
U vertrekt telkens met twee op reis. U en uw gast. Maar ergens onderweg voeg ik mij bij u en reizen wij verder met ons gedrieën. Want niet enkel tussen u en uw gast ontstaat een band. Ook tussen u, uw gast en mij ontstaat een band. Wij worden een drie-eenheid. Een drievuldigheid. Heilig werden wij nog niet verklaard. Daarvoor hebben wij een wonder nodig. Wat niet is, kan nog komen. Eén ding is zeker, ik voel mij betrokken. Ik voel mij deel van uw experiment.
Het klinkt gek. Misschien was ik wel de hele tijd blind. Misschien zie ik wel maar registreer ik niet. Omdat ik de tijd niet neem. Omdat ik mij niet echt openstel. Wat ik bij uw gasten merk, is dat zij op een andere manier gaan kijken. Een manier die alles omvat. Een manier die alles omspant. Muziek en geluid lijken hierbij de toegangspoort te zijn. De toegangspoort, waarvan u de sleutel hebt. Elke keer als u die poort openduwt, gebeurt een wonder. Een klein mirakel. Ik heb het beleefd bij de zingende gletsjers. Bij de alpenhoorns. Bij de langste echo. Bij het meer van Loch Ness. Op die momenten gaan mijn haren overeind staan. Op die momenten kreeg ik kippenvel. Heerlijk was het.
Beste Karl. U brengt een ode aan de muziek. In uw verhaal brengt u hulde aan de verbindende kracht van de muziek. U laat zien hoe muziek mensen verbindt. U laat zien hoe beeld en geluid elkaar versterken en alles samenbrengen in één totaalervaring. Een ervaring die zonder die verbindende kracht misschien net iets minder volledig was. Voor die ervaring wil ik u danken. Van ganser harte. Dank dus. Dank. Dank. Dank.
Met vriendelijke groeten.
Reactie plaatsen
Reacties