Beste Zeynep,
Over migratie worden heel wat verklaringen afgelegd. Niet enkel politici hebben hierover een mening. Iedereen heeft hierover een mening. Al dan niet onderbouwd. De algemene teneur is dat de integratie zou mislukt zijn. U hebt ook een mening. Een mening die gevoed wordt vanuit uw dagelijkse praktijk. U begon als intercultureel medewerker bij Stad Gent en bent er vandaag nog steeds aan de slag als beleidsmedewerker. Tegelijk bent u oprichter van vzw Adrenaline en vzw Compactuna. Vanuit die ervaringen zegt u dat migratie niet mislukt noch gelukt is. Integratie is bezig. Voltrekt zich dag na dag. Vertrekkend vanuit concrete acties aan de basis. Aan die basis staat u.
Beleid en mensen moeten naar elkaar toegroeien en elkaar vinden op sociaal, cultureel en zo vele andere vlakken. Aan dat proces hebt u dus een bijdrage geleverd. In dat proces hebt u kunnen vaststellen dat het lokale, wijkgerichte werk vanuit de overheid steeds meer onder druk komt. Nochtans kunnen dialoog en samenspraak concrete problemen oplossen. U beseft ten volle dat het sociaal weefsel in de straten en de wijken wordt gecreëerd. Tegelijk erkent u dat hetzelfde proces moet gestart worden daar waar de mensen staan. Niet daar waar we zouden willen dat de mensen staan. Die ene evolutie en die ene verwachting hebben tot gevolg dat het proces soms niet al te vlot verloopt.
Uw verhaal is een tijdsdocument van vijftig jaar. In die vijftig jaar hebt u kunnen ervaren waar de valkuilen zitten. Wat de uitdagingen zijn. U bent als het ware een ervaringsdeskundige. Als negenjarige wordt u gevraagd om te tolken. Uw rol om twee werelden met elkaar te verbinden begint al vrij vroeg. Al vrij vroeg staat u op die brug tussen beide werelden. U staat op de brug om die brug open te houden. Om erover te waken dat beide kanten naar elkaar toe stappen. Zich mengen onder elkaar. U wenst die brug niet enkel open te houden. U wenst diezelfde brug ook zo kort mogelijk te houden. Afstanden verkleinen en overbruggen, dat is wat u doet. Wat u tracht te doen. In uw boek praat u uitgebreid over die verbindende rol. Hierbij richt u zich ook tot de media. U vraagt hen te focussen op wat ons verbindt. U vraagt hen wat minder te focussen op de negatieve voorvallen en wat meer op de positieve verhalen. Bij dat pleidooi kan ik mij enkel aansluiten.
Om het integratieverhaal te vertellen, brengt u ook uw persoonlijke verhaal. U geeft de lezer een inkijk in uw leven. Als vierjarige komt u naar Gent. De fabrieksbaas van uw vader haalde hem over om zijn vrouw en kinderen te laten overkomen. U ervaart hoe u in Gent aan uw lot overgelaten wordt. Net als de andere eerstegeneratiemigranten. U schrijft over dat eerste huisje in Gent, dat een zware teleurstelling blijkt te zijn. U schrijft niet om te veroordelen. U schrijft niet vanuit frustratie. U schrijft om te duiden. Om te getuigen. Het leven zoals het is, dat is wat u schrijft. Zonder te verbloemen.
U laat ons kennismaken met uw moeder. Met uw vader. Met uw man. U getuigt van hun zoektocht om een plek te vinden. In Gent. In België. Over uw zoektocht doet u ook verslag. Uiteraard. Ik lees over uw aanvraag om Belg te worden. Ik lees over uw studies en de moeilijke combinatie van verschillende rollen. U bent echtgenote. U bent moeder. U bent werkneemster. U bent studente. Toch lukt het u al die ballen in de lucht te houden. Met de hulp van uw man. Uw man waarover u lovend schrijft.
U schrijft over uw werk. Over uw leven. Tussendoor raakt u ook thema’s aan die de politiek vaak beroeren. U schrijft over de hoofddoek. Over het hoofddoekenverbod. U schrijft over de emancipatie van de vrouw. Over de vrouw als scharnier van de maatschappij. U schrijft over het ‘anders’ zijn. Over uw hoop niet meer anders beoordeeld te worden. U schrijft over racisme. Over dingen die gezegd worden alsof zij gewoon zijn maar die bij de andere partij kwetsend en racistisch overkomen. U schrijft over het onderwijs. Over het onderwijs dat soms kansen fnuikt van migrantenkinderen. U schrijft over uw geloof. Over uw manier om in het leven te staan. Vertrekkend vanuit uw persoonlijke wereld richt u uw blik op de grotere wereld. Op de wereld rondom u. Op de wereld rondom ons. Uw waarnemingen werken vaak verhelderend. Uw waarnemingen nodigen uit tot begrip. Tot reflectie. Doorheen uw boek worden wij uitgedaagd onze positie te (her)bekijken en te bepalen.
Beste Zeynep. U hebt zich aan mij getoond. U hebt uw armen geopend. Ik ben blij ingegaan te zijn op uw uitnodiging. Op uw open armen. Want zo ontmoette ik een wijze vrouw. Een lieve vrouw. Een warme vrouw. Ik vond het fijn om met u doorheen de tijd te reizen. Uw verleden werd een gedeeld verleden. Dat is wat we uiteindelijk moeten doen, delen. Ons verleden. Ons heden. Onze toekomst. Onze dromen. In dat streven om te delen leverde uw boek een meer dan prachtige bijdrage. Daarom wil ik u danken. Van ganser harte. Dank dus. Dank, dank, dank.
Met vriendelijke groeten.
Reactie plaatsen
Reacties