Uitgelezen: Zo hoog de zon stond. Brief aan Simone Atangana Bekono.

Gepubliceerd op 18 oktober 2023 om 13:03

Beste Simone,

 

De gedachte komt wel eens bij mij op.  Op die momenten vraag ik mij af of ik eens contact zou opnemen met mijn vroegere schoolvrienden.  Om te weten hoe het met hen gaat.  Het lijkt mij verleidelijk.  Toch wuif ik telkens weer die gedachte weg.  Zonder er verder ook maar enig gevolg aan te geven.  Oude vriendschapsbanden worden niet aangehaald.  Integendeel.  Die oude vriendschapsbanden slijten.  Tot op het moment dat wij een oude schoolmakker tegen het lijf lopen.  Wij hebben dan een babbel.  Over loetjes en kalfjes.  Om het gesprek dan te beëindigen met de belofte dat wij elkaar nog zullen bellen.  Dat gebeurt niet.  Dat gebeurt nooit.  Het komt.  Het gaat.

 

In uw boek is het anders.  Een kunstenares, Sonny, keert vanuit San Francisco terug naar Nederland.  Een droom werd toch geen werkelijkheid.  Het nagejaagde succes bleef uit.  In San Francisco was zij haar leven aan het verkloten.  Een loser, zo voelde zij zich.  Voor haar restte slechts één optie.  Terugkeren naar huis.  Naar haar geboortedorp.  Naar het ouderlijke huis.  Daar zou zij de koers van haar leven wijzigen.  Weg van de schilderkunst.  Fotografie zou haar redding betekenen.  Fotografie zou haar carrière terug op het juiste spoor zetten.

 

Maar dan komt dat berichtje.  Die uitnodiging.  Van een vroegere schoolvriendin, Myrthe.  Die nodigt haar uit om bij haar te komen logeren.  Enkele dagen.  Ik zou die vraag langs mij heen laten passeren, denk ik.  Maar dan zouden wij geen boek hebben.  Sonny twijfelt.  Maar dan doet zij wat ik niet zou doen.  Zij pakt haar tas en vertrekt.  Naar villa In ’t huuske.  Het verhaal kan beginnen.

 

Meteen wordt duidelijk waarom de twee jonge vrouwen eigenlijk geen vriendinnen konden zijn.  Het verschil in leefwereld was en is nog steeds te groot.  Tussen beide werelden ligt een kloof die nooit kan overbrugd worden.  Toch worden pogingen ondernomen.  Pogingen die bijna altijd of altijd eindigen in drank en drugs.  De rest van de tijd wordt volgemaakt met slapen, dromen, zonnebaden, zwemmen, … De leegheid regeert.  Die leegheid gaat knagen aan Sonny.

 

Terwijl de twee vrouwen zoeken naar dat ene gemeenschappelijke dat zou kunnen verbinden, treedt het huis steeds meer op de voorgrond.  Er gaat een zekere dreiging uit van de villa.  Die villa lijkt Sonny te verorberen.  Te verslinden.  Sonny verdwijnt geleidelijk.  Gaat op in de leegheid.  Het lijkt wel alsof zij plots niet bestaat.  Zij is weg.  Verdwenen.  Sonny lijkt dat te beseffen.  Uiteindelijk zal zij moeten kiezen.  Zich laten opslorpen door de donkere leegheid of keert zij die leegheid net de rug toe.

 

Dat verdwijnen schetst u op een dergelijke wijze dat de lezer begrijpt dat er iets staat te gebeuren.  De lezer beseft dat wij naar een climax gaan.  Wat het wordt, zal niet fraai zijn.  Zo voelt het.  U wakkert onze nieuwsgierigheid aan.  U prikkelt die.  Het is die nieuwsgierigheid die ons voortjaagt in het boek.  Omdat wij willen weten wat er uiteindelijk zal gebeuren.

 

Wat het uiteindelijk wordt, weet ik niet.  Wij zijn verloren.  Totaal.  In die ene week werd de kloof tussen werelden niet overbrugd.  Integendeel.  Verschillen werden bevestigd.  Afstanden werden groter.  De redenen waarom het vroeger niet klikte blijken vandaag dezelfde redenen te zijn.

 

Terwijl ik uw boek lees stel ik mijzelf de vraag wat ik zou doen als ik een uitnodiging zou krijgen te gaan logeren bij een oude schoolmakker.  Het lijkt mij weinig realistisch om zomaar vlotjes veertig jaar te overbruggen.  Alsof er niks gebeurd is.  Ik zou de uitnodiging beleefd weigeren, denk ik.  Als hij mij zou vragen naar een reden voor die weigering zou ik hem verwijzen naar uw boek.  Want in dat boek lees ik een waarschuwing wat er zou kunnen gebeuren.  Mijn oude schoolmakker zou het begrijpen.  Dat hoop ik te mogen denken.

 

Beste Simone.  Uw boek is een vreemd boek.  Een boek waarin werkelijkheid fantasie lijk te zijn.  Waarin fantasie werkelijkheid lijkt te zijn.  Die constante wisselingen doen mijn hoofd tollen.  Doen mijn hoofd draaien.  U brengt mij in een roes.  Gek.  Gekker.  Gekst.  Uw boek leest als een hallucinerende trip.  Voor die bijzondere reis doorheen fantasie en werkelijkheid wil ik u danken.  Van ganser harte.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.