Uitgelezen: Zee nu. Brief aan Eva Meijer.

Gepubliceerd op 29 maart 2023 om 13:09

Beste Eva,

 

Nederland staat onder water.  Elke dag trekt de zee een kilometer verder het land in.  Van eb is geen sprake meer.  Het water trekt zich niet terug.  Het water kruipt verder en verovert het hele land.  Het vreemde aan de hele toestand is dat het water binnen de grenzen blijft.  Het water trekt niet verder naar België.  Het water trekt niet verder naar Duitsland.  Een zeldzaam verschijnsel, dat wordt aanvankelijk gezegd.  Al snel spreekt men evenwel van een uniek verschijnsel.  Dat unieke karakter houdt in dat er geen oplossingen voorhanden zijn.  Oplossingen, die elders in gelijkaardige situaties werden uitgetest en succesvol bleken.  De nieuwe situatie dwingt tot improviseren.  Improviseren dat zich aanvankelijk vertaalt in geruststellen.  Tot geruststellen niet meer voldoende blijkt en overgegaan moet worden tot meer krachtdadige actie.  De bevolking wordt geëvacueerd. 

 

U doet verslag van een crisis.  Terwijl ik uw verhaal lees, moet ik vaak terugdenken aan de voorbije coronacrisis.  Want tussen uw uitgedachte crisis en de coronacrisis zijn heel wat parallellen te trekken.  Vooreerst is er de aanvankelijke solidariteit, die na het aanhouden van de crisis barsten vertoont.  Complottheorieën steken de kop op.  Het zou een vooraf uitgewerkt en opgezet plan zijn.  Zelfverklaarde experten voeren plots het hoge woord waarbij zij het gebrek aan kennis verbergen achter een arrogante en onwankelbare zekerheid.  Wetenschappers trachten verklaringen voor het unieke fenomeen te vinden via een proces van ‘trial and error’.  Zij kunnen niet terugvallen op bestaande vakliteratuur.  Alles is nieuw.  Er moet geïmproviseerd worden.  Improviseren is ook wat de regering doet.  Elke regeringsmaatregel wordt onder de microscoop gelegd en wordt op sociale media bekritiseerd en bespot.  Mensen weigeren maatregelen op te volgen.  Het gezag van de regering wordt in vraag gesteld.  Mensen gaan in verzet.

 

Een land gaat naar de verdoemenis.  Dat veronderstelt de nodige kommer en kwel.  Hiervan wordt een lezer niet vrolijk.  Dat zou men kunnen denken.  Toch heb ik vaak moeten glimlachen.  Omwille van de eerder aangegeven parallellen met de coronacrisis.  In die parallellen lees ik uw kritische houding tegenover complotdenkers en zelfverklaarde experten.  Tegenover de soms al te gekke en te ver gezochte maatregelen van de regering.  In die kritiek voel ik verwantschap.  In die kritiek voel ik mij gehoord.  Die kritische broederschap doet mij glimlachen.

 

Toch is het niet enkel dat.  Er zijn nog meerdere lichtpuntjes.  In uw boek lees ik op vele plekken maatschappijkritiek.  U verwijst bijvoorbeeld naar een hele reeks kleine politieke beslissingen.  Beslissingen die bewijs moeten zijn van een daadkrachtige regering.  Maar net die kleine beslissingen zijn een illustratie van de onmacht van diezelfde regering.  Want enkel over kleine dingen kan zij nog beslissen terwijl de grote uitdagingen onaangeroerd blijven.  In uw boek lees ik een oproep om net die grote uitdagingen aan te pakken.  Eindelijk aan te pakken.  U kan begrijpen, die oproep maakt mij blij.  Stemt mij hoopvol.

Eenzelfde effect tracht u te bekomen als u Nederlanders neerzet als vluchtelingen.  Als klimaatvluchtelingen.  Zij worden elders goed opgevangen.  In Duitsland worden zij met open armen ontvangen.  In België worden de deuren wijd opengezet.  Overal worden de Nederlanders welkom geheten.  Ik kan het niet helpen maar hierin kan ik enkel een pleidooi lezen om meer menselijkheid en begrip in het actuele asieldebat.  Want hoe zouden wij reageren als wij plots in de schoenen van die vluchtelingen staan.  Als wij plots vluchteling zouden zijn.  Alweer, die oproep maakt mij blij.  Stemt mij hoopvol.

 

Net zoals ten tijde van de coronacrisis zijn er ook in uw boek kleine helden.  Kleine helden die zich niet verliezen in eindeloos gekanker en geweeklaag maar de koe bij de hoorns vatten.  Zij gaan over tot actie.  Zij blijven niet aan de kant.  Zo wordt door enkelen een reddingsoperatie op touw gezet.  Zij gaan in het ondergelopen Nederland op zoek naar overlevenden.  Als de ark van Noach laveren zij door de grote Nederlandse zee.  Alweer een klein lichtpuntje.

 

Een ander (humoristisch) lichtpuntje zijn de aanbiedingen van de Action.  Allerlei zaken, die nuttig kunnen zijn bij een ramp van deze omvang, worden tegen een voordeelprijs aangeboden en aangeprezen.  U laat zien hoe een ramp voor sommigen opportuniteiten creëert.  Hoe een ramp voor sommigen zelfs winstgevend kan zijn.  Want dat is wat telkens weer blijkt.  De een zijn dood is de ander zijn brood.  Zo is het altijd geweest.  Dat hebben voorgaande crisissen ons telkens weer duidelijk gemaakt.  De bankencrisis.  De coronacrisis.  De Oekraïnecrisis.  Telkens weer is er een iemand diet met de winst gaat lopen.  Uw boek is hierop geen uitzondering.  Action vult het gat in de markt.  De marketingjongens en -meisjes bij Action hebben hun kans geroken.  Die kans grijpen zij.  Zonder scrupules.  Zonder schroom.

 

Het mooiste lichtpuntje zijn uw beschrijvingen van de zee.  Beschrijvingen waarin u de vele facetten van de zee belicht.  U doet dat in kleine, bijna poëtische stukjes.  U dropt die woordelijke kunstwerkjes in uw verhaal.  Als een kleine onderbreking.  Om even op adem te komen.  Om de ramp even aan de kant te schuiven en zo na te denken over de schoonheid van de zee.  Over het wonderlijke van de zee.  In die korte stukjes krijgt de zee telkens de hoofdrol.  Waarmee u ons lijkt aan te sporen om even na te denken over de wijze waarop wij met die wonderlijke zee omgaan.  Uw beeldrijke beschrijvingen doet mij vermoeden dat u om meer respect vraagt voor die sympathieke waterplas.

 

U ziet, een ramp veronderstelt zwaarheid.  Duisternis.  Een ramp veronderstelt een afwezigheid van kleuren.  Enkel zwart regeert.  Misschien nog een hele variatie aan grijstinten als extra.  Dat is wat wij verwachten bij een ramp.  Dat is niet wat u de lezer biedt.  Dat is niet wat u de lezer enkel biedt.  U biedt meer.  Dat heb ik ervaren.  Ik zag licht.  Ik zag hoop.  Heel misschien zou het kunnen zijn dat ik de dingen verkeerd geïnterpreteerd heb.  Dat ik uw boek verkeerd gelezen heb.  Dat zou best kunnen.  U moet weten, ik ben een vrolijke jongen.  Ik ben een optimistische jongen.  In slechte dingen tracht ik altijd weer dat ene hoopgevende te zoeken.  Zelfs als Nederland onder water staat.

 

Beste Eva.  U schreef een veelzijdig boek.  Want dat is wat uw boek is, veelzijdig.  Uw boek kan op vele manieren gelezen worden.  Telkens met een heel andere uitkomst.  Uw boek was een intense reis.  Een confronterende reis.  Uw boek was een uitnodiging tot een denkoefening.  Een denkoefening over vele thema’s.  Samen met u heb ik die reis ondernomen.  Samen met u heb ik die uitnodiging aanvaard.  Daarvoor wil ik u danken.  Van ganser harte.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.