Beste Hugo,
In 2020 stonden 156.541 unieke kandidaat-huurders (zonder sociale huurwoning) op een wachtlijst bij een sociale huisvestingsmaatschappij in Vlaanderen. Dat buitengewoon hoge cijfer heeft tot gevolg dat de wachttijd voor toewijzing opliep tot gemiddeld (bijna) vier jaar. Deze cijfers durf ik bondig samen te vatten in één woord: wooncrisis. Nu kan een mens twee dingen doen. Berusten of actie ondernemen. U kiest voor het tweede. U blijft niet bij de pakken zitten en gaat aan de slag.
Met meer dan vijftig organisaties dient u bij het Europees Comité voor Sociale Rechten een klacht in tegen het Vlaamse woonbeleid. Bedoeling van die klacht is tweeërlei. Enerzijds wenst u zo voor iedereen een aangepaste woning te bewerkstelligen. Een aangepaste woning van goede kwaliteit, in een behoorlijke woonomgeving, tegen een betaalbare prijs en met woonzekerheid. Anderzijds wenst u aan te tonen dat de Belgische (Vlaamse) regelgeving, beleid en praktijk op het vlak van huisvesting niet verenigbaar zijn met de relevante verdragsbepalingen van het Europees Sociaal Handvest.
Uw boek is een vrije vertaling van die klacht. In dat boek maakt u een analyse van de eigendomsmarkt. Van de sociale huursector. Van de private huurmarkt. Van de dak- en thuisloosheid. In elk van die domeinen wijst u de pijnpunten aan en toont u klaar en duidelijk aan op welke punten elk van die domeinen in botsing komt met het Europees Sociaal Handvest.
In uw analyse kijkt u achterom. In die terugblik stelt u vast dat doorheen de geschiedenis het Belgische (Vlaamse) woonbeleid een prioritaire focus heeft op eigenwoningbezit. In 2011 ging 60 procent van de middelen voor wonen naar de eigendomssector, 5 procent werd ingezet om de private huurmarkt te ondersteunen en de rest was bestemd voor de sociale huisvesting. Een rapport van IMF (2021) stelt nochtans dat overheden weg moeten van de focus op eigendomsverwerving en dat ze moeten werken aan meer sociale huurwoningen en aan initiatieven op de private huurmarkt. Dat advies lijkt in Vlaanderen niet gehoord te worden. Studies tonen aan dat 53 procent van het totaalbedrag van alle woonsubsidies terecht komt bij de 40 procent hoogste inkomens. Van alles fiscale voordelen voor eigendomsverwerving kwam in 2018 bijna 70 procent terecht bij de 40 procent hoogste inkomens. Het zogenaamde mattheus-effect viert hoogtij in Vlaanderen en België.
Er zou kunnen gezegd worden dat er een gebrek aan middelen is. Dat is nochtans niet zo. In 2017 werd berekend dat men zelfs met een fractie van slechts tien procent van de middelen die de Vlaamse overheid toen nog spendeerde aan de woonbonus de productie van sociale huurwoningen kon verdubbelen. De tekorten in het aanbod zijn het resultaat van politieke keuzes, die tot gevolg hebben dat het vooral de hogere inkomens zijn die kunnen genieten van de voordelen van het woonbeleid.
U schrijft dat sociale huisvesting een speeltuin is voor politieke profilering ten koste van de meest kwetsbaren. Sociale huurders worden geframed als profiteurs en fraudeurs. Het Vlaamse woonbeleid draagt op die manier bij aan de stigmatisering van sociale huurders en maakt het stelsel zo steeds meer voorwaardelijk, met verplichtingen die geen enkele link meer hebben met de woonbehoefte, zoals taalkennisvereiste, de verplichte arbeidsbemiddeling, de geplande zwarte lijst.
Zwart op wit stelt u dat in Vlaanderen de voordelen van het woonbeleid in grote mate gericht zijn op de hogere inkomensgroepen en niet op de sectoren waar de woonbehoeftigheid en armoederisico’s het grootst zijn.
In deze brief heb ik, net zoals u, getracht aan te tonen dat de focus in het Vlaamse woonbeleid totaal verkeerd zit. Ik kan niet anders dan tot die conclusie komen. Omdat u overtuigt. Op een sterke en onderbouwde wijze. U goochelt met cijfers. U verwijst naar rapporten en studies. U gaat gedetailleerd in op de pijnpunten van het Vlaamse woonbeleid. Die zijn talrijk. U schrijft over noodkopers en noodeigenaars. U schrijft over het Bindend Sociaal Objectief. U schrijft over tijdelijke huurcontracten. U schrijft over lokale binding. U schrijft over de betaalbaarheid van huurwoningen op de private huurmarkt. U schrijft over de koppeling tussen prijs en kwaliteit. U schrijft over discriminatie. U schrijft over zo vele dingen. Met elk woord dat ik lees, schud ik het hoofd.
Ik lees uw boek en kan slechts één ding besluiten. Vlaanderen schiet tekort. Vlaanderen schiet schromelijk tekort. De wachtlijsten zijn slechts één symptoom van een dieper liggende malaise. Een malaise, waarvoor de beleidsverantwoordelijken ongevoelig zijn. Zo lijkt het. Die ongevoeligheid weerspiegelt zich in een totaal gebrek aan monitoring in het Vlaamse woonbeleid. Zo wordt het beleid nattevingerwerk. Blijkbaar is meten om te weten in deze geen noodzaak. Geen prioriteit.
Beste Hugo. Ik wil u danken voor dit buitengewoon boeiende boek. U focust in uw boek niet enkel op de sociale huisvesting. U trekt het open naar alle sectoren binnen de Vlaamse woonmarkt. Waardoor het voor de lezer duidelijk wordt dat de wooncrisis nog dieper is. Nog intenser is. Nog urgenter is. Nog nijpender is. Voor deze heldere analyse wil ik u graag danken. Van ganser harte.
Met vriendelijke groeten.
PS: Ik wens u alle succes in de volgende stappen van de Woonzaak.
Reactie plaatsen
Reacties