Beste Lotte,
Als u mij zou vragen of ik van wielrennen hou, zou ik bevestigend dienen te antwoorden. Jawel, dat is het enige wat ik zou antwoorden op die vraag. Niks meer. Niks minder. Omdat ik meen dat bepaalde stellingen/beweringen niet hoeven bewezen te worden. Een aandachtig luisteraar zou bovendien in dat korte antwoord mijn enthousiasme horen weerklinken. Een enthousiasme dat symbool moet staan voor mijn liefde voor het wielrennen. Dat bondige antwoord zou u kunnen doen denken dat ik een man van weinig woorden ben. Dat ben ik niet. Om wat u presteerde het voorbije weekend heb ik meer woorden nodig. U werd wereldkampioene. Dat vraagt om meer woorden. Een titel van wereldkampioene verdraagt immers geen bondigheid.
U zal nu hoogstwaarschijnlijk denken dat ik zondag voor het televisiescherm zat. Om u naar de overwinning toe te schreeuwen. Ik moet u evenwel teleurstellen. Wij hadden afgesproken met vriendinnen. Vriendschap heeft de allerhoogste prioriteit. Daarvoor moet alles wijken. Zelfs de belangrijkste sportgebeurtenis van het jaar laat ik dan gewillig passeren. Zelfs het besef dat u hierin een hoofdrol zou spelen kon mij niet vermurwen. U zou fietsen. Ik zou wandelen. Zo zou het zijn. Daaraan viel niks meer te veranderen. Gemaakte afspraken dienen nagekomen te worden. Zo is het mij van kindsbeen af geleerd.
Ik wandelde. Ik zocht. Dat is wat een mens moet doen op een wandelzoektocht. Ik moest mij focussen. Want ook ik wilde de hoogste prijs. De eerste prijs. Toch moet ik bekennen dat u aanwezig was. Ergens in mijn achterhoofd lichtte uw naam herhaaldelijk op. Dat oplichten ging telkens gepaard met die ene vraag: hoe zou het zijn met Lotte? Die vraag maakte mij nerveus. Want uiteraard wenste ik voor u het allerbeste. U zou het moeten doen. Zonder mijn alleruitbundigste steun. Dat besef werkt een zekere nervositeit in de hand.
Pas toen wij op een terrasje gingen neerzitten, durfde ik het aan. De zoektocht zat er op. Mijn focus was niet meer nodig. Antwoorden hoefden niet meer gezocht te worden. Of toch wel, één antwoord moest nog gegeven worden. Wie was wereldkampioene geworden? Pas neergezeten durfde ik het aan mijn smartphone te nemen. Pas toen las ik die bevrijdende woorden. U was wereldkampioene geworden. Spontaan sprong ik op. Mijn vuisten gingen de lucht in. Een choreografisch niet echt verantwoord vreugdedansje volgde. U maakte mij oprecht blij. Met uw titel had u mij vrijgepleit van enig schuldgevoel. Want zo zou het jarenlang geweest zijn als u niet gewonnen had. Jarenlang zou ik mijzelf het verwijt gemaakt hebben dat u niet gewonnen had omdat ik niet gekeken had. Bijgeloof kan rare dingen doen met een mens.
Thuisgekomen kon ik niet langer wachten. Ik keek naar de samenvatting. Pas toen zag ik wat u gepresteerd had. Ik zag hoe u streed. Vooraan. Ik zag hoe u de benen had van een wereldkampioene. Ik zag hoe u het lef had van een wereldkampioene. Ik zag hoe u het koersdoorzicht had van een wereldkampioene. U heerste. U overheerste. Alles wat u deed, leek zo gemakkelijk. Iedereen in uw omgeving moet het beseft hebben, dit was uw dag. Daaraan leek niemand iets te kunnen doen. U sleurde. U counterde. Op het juiste moment ging u in de aanval. Om datgene te doen wat u zichzelf voorgenomen had. Om datgene te doen wat iedereen van u verwachtte. Alhoewel ik wist dat u gewonnen had, schreeuwde ik u nog toe. Ik moedigde u aan. Omdat ik absoluut wou vermijden dat het in de herhaling toch nog fout zou lopen. Dat gebeurde niet. Ook in herhaling werd u wereldkampioene. U sloeg uw ogen ten hemel toen u over de meet bolde. Ik deed hetzelfde en meer. Ik sloeg mijn ogen ten hemel. Ik juichte. Ik danste. Mijn waardering voor uw prestatie vatte ik samen in dat ene woord, Jawadde. Dat ene woord bleef ik maar herhalen. Lotte Kopecky was wereldkampioene. U was wereldkampioene. Dat deed deugd. Dat deed enorm veel deugd.
Beste Lotte. Terwijl u in Glasgow streed om de titel van wereldkampioene had ik een hele dag doorheen Gent gewandeld. Doorheen mijn Gent. Dat is altijd leuk. Dat valt nooit tegen. Maar heel soms zijn er gebeurtenissen die een ervaring nog intenser maken. U deed dat. U maakte die dag zo veel mooier. U deed mijn Gent nog feller oplichten. Mijn Gent lichtte goudkleurig op. Ik was blij. Voor u. Ik was enorm blij. Voor u. Dat maakte mij dan weer blij. Dat maakte mij dan weer enorm blij. U ziet, met uw fiets kan u grootse kleine dingen verwezenlijken. Daarvoor wil ik u danken. Van ganser harte.
Met vriendelijke groeten.
Reactie plaatsen
Reacties
Is gewoon super, Eddy was buiten categorie maar er is blijkbaar nog een categorie HOGER. Dank U.