Grind van Kommil Foo, gezien in de Capitole. Brief aan Mich en Raf Walschaerts.

Gepubliceerd op 24 juli 2023 om 13:02

Beste Mich,
Beste Raf,

 

Soms kan het zomaar gebeuren.  Meteen.  Zonder dat een voorafgaande kennismaking noodzakelijk is.  Soms kan het zomaar gebeuren.  Dat mensen een spontane band hebben.  Zonder dat de een de ander kent.  Zonder dat de ander de een kent.  Dat gebeurde mij vorige vrijdag.  Toen ik naar de Gentse Capitole kwam.  Om uw nieuwste show Grind te zien.  De show was nog maar net begonnen toen u vertelde dat uw ouders zestig jaar getrouwd waren.  Ik herkende mij in die woorden.  Mijn ouders waren ook zestig jaar getrouwd.  Dat was niet het enige dat wij gemeenschappelijk hadden.  U vertelde dat uw vader leraar was.  Warempel, dacht ik, mijn vader was ook leraar.  Het ging nog eventjes verder toen u vertelde dat uw vader van oud-leerlingen te horen kreeg dat hij de beste leraar ooit geweest was.  U kan het niet geloven, toch is het zo.  Mijn vader kreeg gelijkaardige complimenten.  U kan vast begrijpen wat ik toen dacht.  Wij hebben een band.  De show was nog maar net begonnen en ik was al volledig mee in uw verhaal.  Alles wat u verder nog zou zeggen, toetste ik af bij mij zelf.  Terwijl u terugkeerde naar Essen, keerde ik terug naar Wetteren.  Terwijl u vertelde, keerde ik terug naar mijn geboorteplek.  Terwijl u vertelde, ging ik op visite bij mijn ouders.

 

Het wordt een avond vol van liefde.  Liefde voor uw ouders.  U hoedt zich hierbij voor een letterlijke liefdesverklaring.  Die verklaring komt er niet.  Dat zou al te gemakkelijk zijn.  De liefde wordt niet woord voor woord uitgesproken.  U daagt het publiek uit.  Het publiek moet die liefde proeven.  Het publiek moet die liefde opvangen.  Omdat in alles wat u vertelt, die liefde voelbaar is.  U verpakt die liefde.  In anekdotes.  De luisteraar hoeft het enkel uit te pakken.  Om zo die onvoorwaardelijke en wederzijdse liefde te ontdekken.  De liefde voor uw vader.  De liefde voor uw moeder.  De manier waarop u over hen spreekt, zegt het allemaal.  Pure en oprechte liefde.  Terwijl u vertelt, kan ik maar één ding besluiten.  Het moet een warm nest geweest zijn.  Het moet nog steeds een warm nest zijn.

 

Maar tegelijk voel ik in die diepe liefde ook twijfel.  Begrijp mij niet verkeerd.  Ik wil niet zeggen dat u twijfelt aan de liefde van en voor uw ouders.  U twijfelt over de liefde zelf.  U twijfelt over uw omgang met de liefde.  Want wat u zag bij uw ouders, lijkt nauwelijks te kopiëren.  Uw ouders hebben de lat bijzonder hoog gelegd.  Over die lat geraken is een bijna onhaalbare uitdaging.  Het lijkt alsof u enkel onder die lat door kan.  Dat doet u twijfelen.  Dat merken wij als u vertelt over uw relaties.  Als u vertelt dat u het moeilijk hebt om ‘voor altijd’ over de lippen te krijgen.  Als u vertelt hoe u van relaties wisselt omdat u telkens oprecht denkt de ware en echte liefde gevonden te hebben.  Eindelijk gevonden te hebben.  Die eerlijkheid ontroert.  Die zoektocht ontroert.

 

De voorstelling is bijzonder intens.  De voorstelling grijpt naar de keel.  Omdat, zoals ik reeds schreef, de voorstelling bijzonder confronterend is.  De voorstelling dwingt de kijker als het ware in de spiegel te kijken.  Dwingt de kijker zijn relaties te ontleden en te analyseren.  Ik had de hele avond kunnen huilen.  Van pure ontroering.  Omdat ik mij gezegend weet met liefde.  Met veel liefde.  Tot die vaststelling kom ik in mijn analyse waartoe u mij uitnodigde.  Maar u voorkomt dat ik honderd minuten lang zit te snotteren in mijn zakdoek.  Omdat u weet dat een ideale voorstelling de perfecte combinatie dient te zijn van een lach en een traan.  Die balans weet u te vinden op een bijna weergaloze wijze.  U kruidt de voorstelling met een humor, die op zijn sterkst is in juist die dingen die niet uitgesproken worden.  In wat net niet verteld wordt, schuilt de grootste humor.  Dat is heerlijk.  Dat is wonderlijk.

 

De volgende dag ging ik bij mijn ouders op bezoek.  Ik vertelde over de voorstelling.  Met een enorm enthousiasme.  Ik vertelde de anekdotes.  Ik vertelde de grappen.  Enkel de liedjes liet ik achterwege.  Omdat ik mijn beperkingen ken.  Een begenadigd zanger ben ik niet.  Maar al de andere dingen vertelde ik.  Bijna woord voor woord.  Zelfs dat schitterende collectieve dansmoment trachtte ik te kopiëren.  Het leek alsof ik uw show voor mijn ouders bracht.  In de hoop dat zij in uw woorden mijn liefde zouden proeven.  Want dat is wat ik telkens weer hoop.  Dat zij in de manier waarop ik dingen doe en beleef de liefde voor hen kunnen lezen.  Zodat ik die liefde niet letterlijk hoef uit te spreken.  Dat is wat jullie deden in de voorstelling.  Zonder het letterlijk te zeggen de mooiste liefdesverklaring op het toneel brengen.  Dat is wat ik al mijn hele leven tracht te doen.  Ik denk dat zij het begrepen hebben.  Want aan het eind van mijn uiteenzetting zeiden zij dat zij de voorstelling wilden zien.  Als jullie naar Wetteren zouden komen.  Zij zouden gaan.  Samen met mij.  Ik was akkoord.  Ik zou samen met hen gaan zien.  Ik zou mij tussen hen in zetten.  Ik zou hen aanstampen als jullie uw liefdesverklaring zouden uitspreken.  In die lichte stampjes zouden zij begrijpen dat ik hetzelfde voel.  Voor hen.  Ik zou gelukkig zijn.  Zij zouden gelukkig zijn.

 

Beste Mich.  Beste Raf.  Bij aanvang zag ik staan dat de voorstelling honderd minuten zou duren.  Zonder pauze.  Dat leek mij lang.  In werkelijkheid waren die honderd minuten zo voorbij.  In die honderd minuten had u mij knock-out geslagen.  Ik was helemaal ondersteboven.  Ik was stil.  Voor heel even was ik in de onmogelijkheid ook maar iets te zeggen.  Ik kwam niet verder dan een zichzelf herhalend ‘WAUW’.  Geleidelijk aan kon ik verwoorden waarom ik zo ondersteboven was.  Uw vakmanschap.  Uw verhaal.  Uw humor.  Uw spitsvondigheid.  Uw genialiteit.  Uw gedrevenheid.  Al die dingen samen maakten dat wij een ongelooflijk mooie avond hadden.  Daarvoor wil ik u danken.  Van ganser harte.

 

Met vriendelijke groeten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.